Ga verder naar de inhoud

Advies 118: Doctoraatsbeurzen en postdoctorale mandaten

VRWB • 17 april 2008

Samenvatting

Op 7 februari 2008 vroeg minister Patricia Ceysens de VRWB om advies bij haar discussienota omtrent doctoraatsbeurzen en postdoctorale mandaten om de loopbaan van onderzoekers te optimaliseren. De nota haalt vier discussiepunten aan: [1] harmonisering van FWO en IWT-doctoraatsbeurzen, [2] verder openen van toegang tot IWT-specialisatiebeurzen, [3] het Baekeland-programma en [4] postdoctorale onderzoekers bij het IWT. In de begeleidende brief verwijst minister Ceysens tevens naar de invoering van het tenure-track stelsel. 1.De VRWB is van mening dat alle bursalen recht hebben op een behoorlijk beursbedrag, maar dat enige differentiëring in beursbedragen mag blijven bestaan. De bestaande verschillen in sociale en andere voordelen dienen volgens de VRWB wel weggewerkt te worden: eindejaarspremie, vakantiegeld, gratis woonwerkverkeer met openbaar vervoer, regelingen tot opschorting van het mandaat, vakantieregeling ... 2.De VRWB is voorstander van het open trekken van toegang tot IWT-specialisatiebeurzen en stelt voor om een welomschreven finaliteit (voldoende aantoonbare toepasbaarheid, economische en/of maatschappelijk ...) als criterium te hanteren. De Raad merkt op dat de discussie ruimer is dan enkel de finaliteit en dringt aan op een open dialoog tussen het IWT en de associaties. 3.De VRWB ziet het Baekeland-programma in de eerste plaats als een waardevol nieuw kanaal om te doctoreren waarbij universiteiten en bedrijven strategisch samenwerken vanaf de projectdefinitie. Het kan niet de bedoeling zijn om een apart type van doctoraat in het leven te roepen. De VRWB stelt voor dat de interfacediensten van de universiteiten instaan voor het beheer terwijl het IWT de selectie verzorgt, waarbij het Baekeland-budget niet vooraf wordt versleuteld en via open competitie wordt toegewezen. 4.De VRWB vraagt te overwegen om de IWT-onderzoeksmandaten van Type 3, die voornamelijk worden aangewend als opvangmandaat voor universitaire postdocs, over te brengen naar het universitaire kader. De andere types blijven onder IWT-beheer. Ten slotte blijft de VRWB van mening dat het tenure-track stelsel voor àlle docenten moet gelden zodat er geen twee sporen voor docenten worden gecreëerd (zie ook VRWB advies 115), anders dan opgenomen in het ontwerp van onderwijsdecreet XVIII.