Ga verder naar de inhoud

Advies 87: Projectmatige financiering landbouwonderzoek

VRWB • 24 juni 2004

Samenvatting

Minister Dirk Van Mechelen vroeg de Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid om advies bij de projectmatige financiering van toegepast collectief onderzoek voor de land- en tuinbouwsector. Het ontwerp van besluit hieromtrent voorziet in een meer permanente regeling voor dit type onderzoek. De VRWB vindt het positief dat er een gestructureerde aanpak komt en onderschrijft dat het beheer ervan aan het IWT blijft toevertrouwd. De projectfinanciering gebeurt op competitieve basis, waarbij de wetenschappelijk-technologische kwaliteit en het valorisatiepotentieel als twee belangrijke beoordelingsassen gebruikt worden. De wetenschappelijk-technologische kwaliteit van het project moet, volgens de VRWB, echter een essentiële voorwaarde zijn bij de evaluatie. Daarnaast moet de zorg voor steun aan kwaliteitsvolle, toekomstgerichte en sector- en beleidsrelevante projecten primeren boven het consolideren van bestaande structuren en de diversiteit in de gesteunde projectportfolio. De Raad pleit ook voor een evaluatie ten gronde van de sector om een correct beeld te krijgen van de wetenschappelijke performantie van het landbouwonderzoek. Daarna kan eventueel een verhoging van de middelen in overweging worden genomen. Het ontwerp van besluit beoogt complementariteit met andere steunkanalen. De VRWB vraagt dat het onderscheid tussen het nieuwe kanaal en het VIS-kanaal, en meer in het bijzonder de grens tussen de land- en tuinbouwbedrijven enerzijds en de agro-industrie anderzijds duidelijk gecommuniceerd worden naar de potentiële indieners. Het steunpercentage ligt tussen 80% en 100% van de aanvaardbare kosten en omvat een eigen inbreng van de doelgroep van maximaal 20%. Voorgesteld wordt om een voorbeeld te nemen aan andere steunmaatregelen van het IWT, waar het basissteunpercentage afhangt van het projecttype.