Ga verder naar de inhoud

Advies 97: De verruiming van het steunbaar innovatietraject

VRWB • 24 februari 2006

Samenvatting

De mogelijkheden tot verruiming omvatten twee dimensies: enerzijds een (disciplinaire) verbreding naar niet-technologische kennisontwikkeling en/of diffusie en anderzijds de verlenging van het innovatietraject naar bv. O&O-natrajecten. De visienota gaat in op een problematiek die heel reëel aanwezig is en sluit aan bij eerdere VRWB-aanbevelingen. De Raad staat er principieel achter, maar vindt het ook nodig dat geanalyseerd wordt welke in Vlaanderen de meest determinerende parameters zijn voor het teweegbrengen van de innovatieparadox. Een verlenging van het steunbaar innovatietraject mag in geen geval leiden tot een verdunning en versnippering van de O&O-budgetten voor bedrijfsgericht onderzoek. Vooral de verlenging naar zeer dure O&O-natrajecten zal immers belangrijke financiële consequenties hebben. Daarom moet grondig worden nagedacht over het inzetten van O&O-middelen voor de voorgestelde uitbreidingstrajecten die zich vaak op het grensvlak bevinden tussen de domeinen wetenschappelijk onderzoek en economie. Met het oog op een optimaal gebruik van de budgettaire middelen moet de verlenging en verbreding van het innovatietraject worden gekaderd in het geheel van maatregelen en steunkanalen van de W&I policy-mix in Vlaanderen. Andere instrumenten uit de policy-mix, zoals fiscale steunmaatregelen, moeten voor de verlenging van het steunbaar innovatietraject in overweging worden genomen. Ook een grondige reflectie over de actoren-mix die deze policy-mix moet ondersteunen, dringt zich op. Dergelijke verruiming mag ook niet leiden tot een globale verlaging van de steunpercentages, omdat bepaalde project(delen) mogelijk als minder 'baanbrekend' worden beschouwd. De 'verruimingsonderdelen' van een project moeten in de mate van het mogelijke een integraal deel uitmaken van het project dat voor ondersteuning wordt ingediend.